Kabels en leidingen
Op deze pagina vindt u meer informatie over het leggen van kabels en leidingen. Kabels en leidingen zijn vaak voorzieningen van algemeen nut. Onder voorzieningen van algemeen nut verstaan we gasleidingen, waterleidingen, elektriciteit, riool en voorzieningen voor telefoon, internet en tv. Veel mensen in de omgeving hebben voordeel van het aanleggen van deze voorzieningen. Vaak zijn het nutsbedrijven die kabels of leidingen leggen of vervangen.
Checken of u een vergunning nodig heeft of een melding moet doen? Dat doet u in het Omgevingsloket! Daar kunt u ook de vergunning aanvragen of de melding doen. U kunt inloggen met DigiD (particulier) of eHerkenning (bedrijf).
Het waterschap denkt met u mee
Medewerkers van het waterschap denken graag met u mee. Ze kijken wat in uw situatie de mogelijkheden zijn en de beste oplossing is. Dat is vaak verstandig en helpt om de aanvraag sneller te behandelen. U weet zo bijvoorbeeld wat wel en niet kan. En welke stukken u moet opsturen. Heeft u vragen? Of twijfelt u ergens over? Neem contact op met de afdeling Vergunningen, Toezicht en Handhaving van Waterschap Rivierenland (email: vergunningen@wsrl.nl).
Heb ik een vergunning nodig of hoef ik alleen een melding te doen?
Vaak mag u kabels en leidingen leggen met een melding. Een vergunning is niet altijd nodig. Er zitten wel regels aan het leggen van kabels en leidingen met een melding. Want kabels en leidingen die te dicht bij de insteek van het water worden gelegd, kunnen de stabiliteit van de oever aantasten. Ook kunnen kabels en leidingen invloed hebben op de stabiliteit van een waterkering of het gebruik van een weg. Daarom heeft het waterschap regels voor het leggen van kabels en leidingen. Welke? Dat leest u verderop.
Mag u kabels en leidingen leggen met een melding? Dan doet u deze melding in het Omgevingsloket. Een telefoontje naar het waterschap is niet voldoende.Voldoet u niet aan de regels voor een melding? Dan heeft u een vergunning nodig. Ook voor een vergunning gaat u naar het Omgevingsloket.
- Bent u particulier? Dan heeft u uw DigiD nodig om een melding te doen.
- Heeft u een bedrijf of vertegenwoordigt u een bedrijf? Dan heeft u eHerkenning nodig om een melding te doen.
Wat kost een vergunningaanvraag?
Er zijn drie mogelijkheden:
- U hoeft het leggen van kabels alleen te melden: dat kost u niets. Denk er wel aan dat u het leggen van kabels en leidingen meldt. Dit doet u bij het Omgevingsloket.
- U heeft een vergunning nodig voor het leggen van kabels en leidingen. U betaalt dan kosten (leges) als wij uw aanvraag voor een vergunning in behandeling nemen. U betaalt bij een aanvraag voor een vergunning altijd (een deel van) de leges. Ook als wij de vergunning weigeren of u uw aanvraag intrekt. In de legesverordening vindt u de kosten.
- U mag kabels en leidingen leggen zonder melding of vergunning: dat kost u niets.
Waar moet ik altijd aan denken bij het leggen van kabels en leidingen?
- U gebruikt een leiding voor het doel waarvoor de leiding is ontworpen.
- U voert de werkzaamheden uit zonder onderbreking.
- U volgt de aanwijzingen van het waterschap op.
- Zijn alle werkzaamheden afgerond? Dan verwijdert u alle achtergebleven materialen, bagger, losse grond, gereedschap, enzovoort.
- U legt geen loze kabels of leidingen aan voor toekomstige uitbreidingen of aansluitingen.
- Ligt er al een kabel of leiding in de buurt van de plek waar u een nieuwe kabel of leiding wilt aanleggen? Dan gebruikt u de sleuf van de kabel of leiding die er al ligt.
- Moet u precies weten waar de kabel of leiding al ligt? Dan mag u een proefsleuf graven van maximaal 0,50 meter breed, 2,00 meter lang en 1,20 meter diep.
- U graaft de grond laagsgewijs af. U slaat de verschillende grondsoorten gescheiden op.
- U dicht de gaten en kuilen met de grond die u eruit gehaald heeft. Heeft u niet genoeg grond? Dan vult u de grond aan met gelijkwaardige grond. Een laag grond is maximaal 0,20 meter en u drukt deze mechanisch aan. Na de werkzaamheden heeft de grond dezelfde samenstelling, opbouw en draagkracht als voor de start van de werkzaamheden.
- U dekt een sleuf af met de oorspronkelijke afdekking, bijvoorbeeld graszoden, dijktaludverdediging, (tijdelijke) wegverharding, enzovoort.
- Ontstaan er binnen een jaar problemen door het aanleggen van een kabel of leiding? Dan ben u verantwoordelijk voor het herstel.
- U verwijdert kabels en leidingen die niet meer worden gebruikt worden. Deze kabels of leidingen liggen niet dieper dan 1,20 meter onder maaiveld of de vaste bodem. Dit doet u volgens de regels voor het verwijderen van een object [link naar pagina 'verwijderen van een object']. Liggen de oude kabels en leidingen onder een weg? En ligt deze weg niet op een waterkering? Dan mogen de oude kabels en leidingen blijven liggen.
- U meldt een spoedreparatie aan een kabel of leiding direct bij de toezichthouder via het meldpunt Handhaving. U bereikt het meldpunt Handhaving door te bellen naar het algemene telefoonnummer van het waterschap (0344 64 90 90). U voert de reparatie uit in overleg met de toezichthouder. En u meldt de reparatie achteraf schriftelijk. U voert de reparatie uit volgens de regels. Kan dat niet? Dan vraagt u alsnog een vergunning aan.
Kabel of leiding in een water leggen
Waar mag ik een kabel of leiding in een water leggen zonder melding of vergunning?
- U legt de kabel of leiding onder een water met een tertiaire (C) status. U vindt de status van een water op de legger wateren.
- Het tertiaire water heeft geen beschermingszone.
- De kabel of leiding kruist het water.
- U legt de kabel of leiding onder de vaste bodem van het water en het talud.
- U legt de kabel of leiding onder een duiker.
U legt de kabel of leiding:
- niet in tertiair water met een beschermingszone
- niet in de beschermingszone van tertiair water
- niet in een waterkering of de beschermingszone van een waterkering
- niet in primair of secundair water of de beschermingszone van een primair en secundair water
- niet onder een weg die in beheer is van het waterschap
Hoe mag ik een kabel of leiding in een water leggen zonder vergunning?
- U mag een kabel of leiding parallel aan het water in de beschermingszone van een water leggen. U legt de kabel of leiding altijd in een sleuf. De afstand tussen de insteek van het water en de sleuf is zo groot mogelijk.
- Kruist een kabel of leiding een primair (A) water? Dan legt u de kabel of leiding minimaal 1,5 meter onder de vaste bodem en talud.
- Kruist een kabel of leiding een secundair (B) water of een tertiair (C) water met beschermingszone? Dan legt u de kabel of leiding minimaal 1,00 meter onder de vaste bodem en talud.
- Ligt er bij een brug een kabelgoot of zoiets? Dan legt u de kabel of leiding door de kabelgoot.
- Kruist een kabel of leiding een duiker in een primair (A) water? Dan legt u de kabel of leiding minimaal 1,5 meter onder de onderkant van de duiker.
- Kruist een kabel of leiding een duiker in een secundair (B) of tertiair (C) water? Dan legt u de kabel of leiding onder de onderkant van de duiker.
- Ligt een water in een waterkering of de beschermingzone van een waterkering?
- Dan legt u de kabel of leiding aan in een open ontgraving.
- Dan kruist de kabel of leiding het water.
- Dan kruist de kabel of leiding een dam met duiker bovenlangs. De afstand tussen de bovenzijde van de duiker en de kabel of leiding is minimaal 0,50 meter.
- U mag geen kabel of leiding leggen onder een onderheid civiel kunstwerk.
- Legt u een kabel of leiding onder een vaarweg of boezemwater?
- Dan kruist de kabel of leiding de vaarweg of boezemwater.
- U legt de kabel of leiding aan met een gestoorde boring.
- U zorgt ervoor dat de kabel of leiding een gronddekking heeft van minimaal 3,00 meter onder het gehele leggerprofiel. Is er geen leggerprofiel? Dan legt u de kabel of leiding minimaal 3,00 meter onder de vaste bodem en talud.
- U werkt de bodem en het talud zorgvuldig af.
- U zorgt ervoor dat tijdens en na de werkzaamheden water aan- en afgevoerd kan worden.
Gelden de regels ook voor het vervangen van een kabel of leiding?
Ja, de regels gelden ook voor het vervangen van een kabel of leiding.
Kabel of leiding in een waterkering leggen
Hoe mag ik een kabel of leiding in een waterkering leggen zonder vergunning?
- U legt de kabel of leiding in een waterkering of de beschermingszone van een waterkering.
- U toont aan dat het nodig is dat de kabel of leiding binnen de waterkering of de beschermingszone van de waterkering ligt. Het bestuur van het waterschap beoordeelt de noodzaak.
- Legt u een vloeistof- of gasleiding aan?
- De leiding heeft een buitendiameter van maximaal 110 mm.
- De leiding heeft een druk van maximaal 3,50 bar.
- De leiding is uitgevoerd in minimaal PE100 of SDR11.
- De kabel heeft een spanning lager dan 3kV.
- Een glasvezelkabel (inclusief beschermbuizen) heeft een maximale diameter van 25 mm.
- U legt de kabel of leiding aan in een open ontgraving.
- De kabel of leiding kruist een waterkering zo haaks mogelijk.
- Ligt een kabel of leiding evenwijdig aan de waterkering?
- De kabel of leiding ligt in de beschermingszone van de waterkering, maar niet in de vaste onderhoudsroute.
- De kabel of leiding ligt op de kruin aan de binnendijkse zijde.
- Ligt een kabel of leiding in een mantelbuis? Dan gelden de volgende regels:
- De mantelbuis ligt evenwijdig aan de waterkering.
- De mantelbuis ligt in de overhoogte (boven het leggerprofiel van de waterkering).
- De mantelbuis wordt bij zijwegen en/of dijkafritten met een asfaltverharding aangelegd met een grondverdringende persing.
- U gebruikt geen raket-techniek.
- De mantelbuis wordt bij zijwegen en/of dijkafritten met een open verharding aangelegd in een open ontgraving.
- De kabel of leiding kruist op geen enkele wijze een waterstaatskundig civieltechnisch kunstwerk in de waterkering.
Waar moet ik nog meer aan denken bij het leggen van kabels en leidingen in een waterkering?
- U legt de kabels en leidingen tussen 1 april en 15 oktober. Sommige werkzaamheden mag u het hele jaar uitvoeren.
- U mag gemelde spoedreparaties uitvoeren. U heeft hiervoor schriftelijk toestemming gekregen van de toezichthouder.
- U mag huisaansluitingen maken die de dijk niet kruisen en lasgaten die binnendijks liggen.
- U mag werkzaamheden uitvoeren in de waterkeringen van het boezemsysteem en het Lingesysteem.
- U treft maatregelen waardoor de waterkering bestand blijft tegen erosie.
- U maakt de sleuf niet dieper en breder dan strikt noodzakelijk. De sleuf is maximaal 1,00 meter diep en 0,50 meter breed.
- Kruist de kabel of leiding de kruin van de waterkering?
- Een kabel ligt maximaal 0,75 meter onder de bovenzijde van het wegdek.
- Een leiding ligt maximaal 1,00 meter onder de bovenzijde van het wegdek.
- Er ontstaan geen holle ruimtes door de ondergrondse werkzaamheden.
- U maakt een leiding zoveel mogelijk uit één stuk én u beperkt het aantal lassen in de waterkering tot het absolute minimum.
- U koppelt drukleidingen met gecertificeerde spiegellassen of elektrolasmoffen.
- Kruist een drukleiding de waterkering? Dan voorziet u de drukleiding van afsluiters. Met deze afsluiters kan de leiding drukloos worden gemaakt. U plaats de afsluiters zo dat deze altijd bereikbaar en bedienbaar zijn.
- Kruist de kabel of leiding de waterkering? Dan brengt u een kwelscherm aan op de buitenkruinlijn. In bijlage 3 van de waterschapsverordening Waterschap Rivierenland, voorbeeldtekening 13 vindt u drie typen kwelschermen.
- U sluit bescherm- of glasvezelbuizen na het inblazen van een nieuwe glasvezel af zodat er geen water in of door de buis kan lekken.
- Een niet-dijkkruisende mantelbuis onder asfaltverharding voldoet aan het volgende:
- De mantelbuis heeft een lengte van maximaal 10,00 meter.
- De mantelbuis heeft geen grotere diameter dan voor het doel noodzakelijk. De buitendiameter is maximaal 125 mm.
- Brengt u een mantelbuis door persing aan? Dan gebruikt u een stalen mantelbuis met een wanddikte van minimaal 5,8 mm.
- U sluit de ruimte tussen de kabel/leiding en de binnenkant van de mantelbuis waterdicht af.
- U dämmert een bestaande (dijkkruisende) mantelbuis als deze mantelbuis:
- een buitendiameter heeft van meer dan 125 mm
- gemaakt is van PE100 met een SDR-waarde die hoger is dan 11
- gemaakt is van staal met een wanddikte van minder dan 5,8 mm
- U kunt geen aanspraak maken op de NKL 1999, de Telecommunicatiewet of een andere schadevergoedingsregeling als de kabel- of leidingwerkzaamheden in een dijkversterkingstraject plaatsvinden.
Gelden de regels ook voor het vervangen van een kabel of leiding?
Ja, de regels gelden ook voor het vervangen van een kabel of leiding in een waterkering.
Kabel of leiding in een weg leggen
Hoe mag ik een kabel of leiding leggen in een weg in beheer bij het waterschap?
- Ligt de kabel of leiding evenwijdig aan de weg? Dan ligt de kabel of leiding:
- op een diepte zoals beschreven in de tabel 'minimale dieptes kabels en leidingen parallel aan wegen in beheer bij het waterschap' in de waterschapsverordening Waterschap Rivierenland
- minimaal zo ver van de weg als de diepte waarop de kabel of leiding ligt.
- Kruist de kabel of leiding een weg?
- U legt de kabel of leiding met een persing, boogboring of horizontaal gestuurde boring aan.
- U legt de kabel of leiding minimaal 1,00 meter onder het wegdek.
- Kruist een kabel of leiding een weg die op een waterkering of in de beschermingszone van een waterkering ligt? Dan zijn ook de regels voor kabels en leidingen in een waterkering van toepassing.
Waar moet ik nog meer aan denken bij het leggen van kabels en leidingen in een weg in beheer bij het waterschap?
- U stelt een plan op met de noodzakelijke omleidingen en andere verkeersmaatregelen.
- Het plan maakt onderdeel uit van de melding.
- U dient de melding minstens 21 dagen van tevoren in.
- U draagt zorg voor de uitvoering van het plan.
- U zorgt voor de benodigde borden.
- U brengt de palen voor de borden tot maximaal 0,90 meter grondverdringend aan. De palen hebben geen betonnen voet.
- U doet een KLIC-melding voor u de borden plaatst.
- De wegafzettingen voldoen aan de CROW-publicatie 96b.
- U beschadigt geen boomwortels.
- Er kunnen geen plassen op de weg ontstaan.
- U zaagt een sleuf voor een wegkruising in asfalt altijd op klinkermaat.
- U slaat de grond van de bovenlaag (0,15 meter tot 0,20 meter) die uit de sleuf komt apart op van de overige grond.
- U dicht en verhardt iedere dag voor zonsondergang een opgebroken gedeelte.
- De veiligheid van de weg blijft gegarandeerd.
- Tijdelijk wegdek bestaat uit klinkerbestrating.
- U brengt de definitieve bestrating aan binnen 12 maanden na afronding van de werkzaamheden.
- Bij een asfaltweg vervangt u de tijdelijke klinkerbestrating door een asfaltlaag.
- Bij een klinkerweg brengt u de klinkers op de juiste hoogte aan zodat er geen plassen ontstaan.
- U herstelt de wegberm in oude staat.
- U brengt het oorspronkelijke materiaal in lagen van 0,20 meter terug.
- U verdicht iedere laag apart tot een proctordichtheid van 98%.
- U legt de oorspronkelijke grasmat terug. Of u zaait de bovenlaag in met graszaadmengsel voor bermen en dijken.
- U brengt rondom een afsluiter, pomp- of inspectieput en dergelijke een duidelijke verharding aan in de berm van de weg. U legt deze verharding op de juiste hoogte ten opzicht van het maaiveld, zodat er geen schade bij het maaien ontstaat.
Gelden de regels ook voor het vervangen van een kabel of leiding?
Ja, de regels gelden ook voor het vervangen van een kabel of leiding in een weg.
Ik mag geen kabels en leidingen leggen met een melding. Wat nu?
Dan heeft u een vergunning nodig.
Heeft u vragen?
Stuur dan een e-mail naar de afdeling Vergunningen, Toezicht en Handhaving (vergunningen@wsrl.nl). Het is vaak verstandig dat u vooraf met het waterschap overlegt. Zo kunnen medewerkers met u meedenken om voor u de beste oplossing te vinden.
Disclaimer
De basis voor de tekst op de webpagina is de tekst van de Waterschapsverordening. Is de tekst op deze webpagina anders dan de tekst van de Waterschapsverordening? Dan geldt de tekst van de Waterschapsverordening.