Het extreem natte voorjaar leidt tot aanpassingen in het maaien van dijken. Door de natte ondergrond liep de eerste maaironde in het gefaseerd maaibeheer grote vertraging op. Voor een sterke dijk maait het waterschap dit keer sommige trajecten bij uitzondering in één ronde.

Waterschap Rivierenland maait dijken gefaseerd voor de biodiversiteit. We maaien gewoonlijk een deel van de begroeiing vroeg, in mei, om laatbloeiers een kans te geven. De rest volgt later in juni. Zo is er altijd plek voor flora en fauna om te bloeien en te schuilen.

Het natte voorjaar vertraagde de eerste maaironde

Helaas verhinderde de vele regen dit voorjaar het vroeg maaien van dijken. Op natte hellingen is het moeilijk om te maaien en maaisel te ruimen. Ook is er grote kans op schade aan de grasmat, de eerste bescherming van de dijk. Op sommige dijken lukte het om vroeg te maaien, op andere niet.

Nu maaien is nodig voor sterke dijk

We kunnen het maaien niet meer uitstellen. Door het groeizame weer staan de dijken nu vol met begroeiing. We moeten nu maaien om te voorkomen dat het plat gaat liggen. Ligt begroeiing plat, dan kunnen we niet goed maaien, gaat gewas rotten en ontstaan gaten in de grasmat. De vroege en late maaironde kruipen dus naar elkaar toe. Een aantal dijken maaien we bij uitzondering voor de zomer in één keer.

Het kan dus zijn dat u de komende weken dijken ziet die toch geheel worden gemaaid. We doen dit omdat we ook op lange termijn een gezonde en sterke grasbekleding willen hebben.